Regelingen

Kamerbrieven en regelingen

U vindt op deze pagina beleidsstukken die relevant zijn voor het programma Sterk Techniekonderwijs.

Concept-subsidieregeling Sterk Techniekonderwijs

Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft de beoogde subsidieregeling Sterk Techniekonderwijs 2025-2029 verstuurd aan de Tweede Kamer. In de subsidieregeling is ook een beoordelingskader opgenomen. Dit helpt bij het voorbereiden op de activiteitenplannen voor 2025-2029.

Download de regeling

Kamerbrief Voortgang Sterk Techniekonderwijs

Bij de subsidieregeling is ook de Kamerbrief Voortgang Sterk Techniekonderwijs bijgevoegd. Daarin schrijft het ministerie van OCW over de periode 2025-2029 van drie aandachtspunten voor de nieuwe subsidieperiode: een brede scope, behouden van de cofinanciering en het betrekken van het PO wordt verplicht gesteld. Daarnaast geeft het ministerie aan snel van start te willen, scholen snel duidelijkheid te geven en in januari 2025 de regio’s snel met de uitvoering te laten starten. Daarom kunnen op 1 juni 2024 de STO-regio’s een vooraanmelding doen en op 1 oktober de nieuwe plannen op hoofdlijnen indienen.

Download de brief

Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2024

Regeling van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media Onderwijs over de verstrekking van subsidie voor de versterking van techniekonderwijs in het vmbo en mbo (Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023). Geldend van 20-07-2023 t/m heden. Regeling vervalt per 01-01-2025.

Download de regeling

Wijzigingsregeling van de subsidieregeling Sterk Techniekonderwijs 2020-2023

Op woensdag 19 juli 2023 is de wijzigingsregeling van de subsidieregeling Sterk Techniekonderwijs 2020-2023 officieel gepubliceerd in de Staatscourant. Hierdoor wordt het mogelijk om subsidie aan te vragen voor het kalenderjaar 2024. De wijzigingsregeling zorgt ervoor dat opnieuw € 100 miljoen wordt verdeeld over de verschillende STO-regio’s.

Download de regeling

Brief over continuering Sterk Techniekonderwijs (STO)

Op 7 juli 2022 verstuurde Dennis Wiersma, de minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, een brief naar de penvoerders van de STO-regio’s over de voortzetting van het programma vanaf 2024 en verlaging van het totaal percentage cofinanciering.

Kamerbrief over voortgang Sterk Techniekonderwijs

Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) heeft op 18 oktober 2021 het 1e monitoringsrapport over het programma Sterk Techniekonderwijs (STO) naar de Tweede Kamer gestuurd. Hij informeert de Kamer over de belangrijkste ontwikkelingen. De bijlage daarbij gaat over monitorgegevens en voortgang in het 1e jaar van het programma Sterk Techniekonderwijs (STO).

Download de Kamerbrief

Aanpassingen regeling Sterk Techniekonderwijs

De subsidieregeling Sterk Techniekonderwijs 2020-2023 wordt op enkele punten aangepast. Over deze aanpassingen heeft minister Slob op 20 mei 2021 de penvoerders en STO regio’s per brief geïnformeerd.

Wijziging van de subsidieregeling voor derde aanvraagtijdvak

Op 10 maart 2020 heeft de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media de regeling van 20 februari 2020, nr. VO/ 20538362 ondertekend. In artikel 2 staat een wijziging van de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023 in verband met de toevoeging van een derde aanvraagtijdvak voor opnieuw gewijzigde aanvragen.

Kamerbrief goedkeuring plannen tweede ronde

Minister Slob heeft op 17 december 2019 in een Kamerbrief medegedeeld dat nog eens 26 plannen zijn goedgekeurd. In totaal kunnen dus 71 regio’s in januari 2020 van start met hun plannen, dat is ruim 90 procent. De zeven regio’s die nog geen goedkeuring hebben ontvangen worden het komende halfjaar intensief ondersteund zodat zij uiterlijk op 1 juni 2020 een verbeterd plan kunnen indienen.

Download de Kamerbrief

Wijziging regelingen vo voor vaststellen nieuwe bedragen kalenderjaar 2019

Met deze wijzigingsregeling worden de Regeling Prestatiebox vo en de Regeling aanvullende bekostiging technisch vmbo 2018-2019 aangepast. De aanpassing van deze twee regelingen voor het voortgezet onderwijs is het gevolg van de bijdrage die het kabinet in 2019 beschikbaar heeft gesteld voor loonontwikkeling en de definitieve leerlingentelling van 1 oktober 2018.

Kamerbrief regionale plannen goedgekeurd voor sterk technisch vmbo

Minister Slob deelt mee dat al meer dan de helft van de ingediende regionale plannen in het kader van Sterk Techniekonderwijs zijn goedgekeurd. 45 regio’s kregen van de onafhankelijke commissie een positief advies.

Subsidieregeling Sterk Techniekonderwijs 2020-2023

Op 12 september 2018 zijn de kaders voor de planvorming van Sterk Techniekonderwijs gepubliceerd. In deze regeling voor de transitiefase van de middelen voor het technisch vmbo vindt u informatie over:

  • Het penvoerderschap;
  • De subsidieaanvraag en het beoordelingskader;
  • Wat een techniekregio en een techniekarme regio is;
  • De vooraanmelding van de subsidieaanvraag;
  • De cofinanciering vanuit het bedrijfsleven.

In de bijlagen vindt u het beoordelingskader waarin staat aan welke criteria het regioplan moet voldoen en de elementcodetabel van opleidingen waarvoor subsidie aangevraagd kan worden.

Download de regeling

Kamerbrief ‘Samen naar een technisch vmbo’

In deze kamerbrief van 5 juni 2018 informeert Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) de Tweede Kamer over de uitwerking van de investering in het techniekonderwijs op het vmbo uit het regeerakkoord. De bedragen voor de aanvullende bekostiging voor vmbo-techniek 2018 zijn in november 2018 definitief vastgesteld.

Download de regeling

Kamerbrief over versterken kwaliteit techniekonderwijs vmbo en vso

In deze kamerbrief van 19 april 2019 informeert Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) de Tweede Kamer over de versterking van de kwaliteit van het techniekonderwijs op het vmbo en vso (voorgezet speciaal onderwijs).

Veelgestelde vragen: budget 2020-2023

  • De interne en externe loonkosten zijn gestegen. Mogen er nieuwe tarieven binnen STO worden gehanteerd?

    Bij de start van STO is regio’s geadviseerd een uurtarief van €50,- per uur te hanteren voor interne loonkosten. In de nieuwe onderwijs CAO (medio 2023) is de gemiddelde personeelslast (GPL) gestegen naar een uurtarief van maximaal €60,- per uur. Deze verhoging kan daarmee ook pas worden toegepast op uren die gemaakt zijn na de ingang van de nieuwe CAO. De richtlijn voor kosten voor externe inhuur in 2024 is een uurtarief van maximaal €135,- per uur. Het hanteren van een hoger uurtarief leidt niet tot een aanpassing van de subsidie. Het maximaal beschikbare bedrag voor de regio’s blijft gelijk.

  • Mag budget dat overblijft na 2023 nog ingezet worden in 2024?

    Ja, de transitiefase waarin we nu zitten, wordt verlengd tot eind 2024. In die fase mogen activiteiten en het bijbehorende budget tot en met 31 december 2024 uitgevoerd en uitgegeven worden. Regio’s krijgen voor het jaar 2024 nieuwe subsidie ter hoogte van een kwart van het totale STO-budget dat ze de afgelopen jaren hebben ontvangen.

  • Wanneer er geld overblijft aan het eind van de subsidieperiode, moet dit dan terugbetaald worden?

    Ja, in Artikel 1.10. van de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023 staat dat niet-bestede middelen worden teruggevorderd aan het einde van de huidige subsidieregeling. U kunt echter wel gebruik maken van de middelen in de verlengingsperiode. De middelen moeten voor 31 december 2024 besteed zijn. Budget dat eind 2023 over is mag besteed worden in 2024.

  • Is er ook na goedkeuring van de plannen ondersteuning beschikbaar?

    Elke regio kan een beroep doen op een ondersteuner. Per regio zijn er een aantal dagen (gratis) ondersteuning beschikbaar. Wilt u weten wie er vanuit STO als ondersteuner beschikbaar zijn kijk dan op de site.

    PAS OP: er bezoeken mensen scholen die zich ‘consulent STO’ noemen, zij horen niet tot het ondersteuningsteam van STO. Uiteraard mag u van hun diensten gebruik maken, maar u moet dan wel zelf de rekening daarvoor betalen.

  • Is het geld dat we na 2023 ontvangen geoormerkt?

    De huidige subsidieregeling wordt verlengd in 2024. Van 2025-2029 komt er een nieuwe subsidieregeling. Daarna start waarschijnlijk de structurele fase.

Veelgestelde vragen: regeling OCW

  • Wat is de verwachte tijdlijn van de STO-plannen 2025-2029 volgens OCW?

    Maart 2024 Regeling naar de Kamer en openbaar
    1 juni 2024 Vooraanmelding (samenstelling regio)
    1 oktober 2024 Aanvraag op hoofdlijnen voor de gehele subsidieperiode
    Medio januari 2025 Beschikking binnen
    15 april 2025 Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2025 en 2026
    1 oktober 2026 Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2027 en 2028

     

  • Wat zijn de uitgangspunten van de conceptregeling STO 2025-2029?

    • Focus verbreden: van harde techniek naar techniekonderwijs binnen het gehele beroepsgerichte vmbo
      • Technische keuzevakken, technische praktijkgerichte programma’s (ook in de tl en de havo), techniek in onderbouw vmbo
    • Regionale samenwerking is de kracht van STO
      • Verplichte samenwerking bedrijven (cofinanciering) en MBO blijft
      • Uitbreiding naar verplichte samenwerking met het PO en meer samenwerking met de rest van funderend onderwijs
    • Verplichte aandacht voor maatschappelijke thema’s: vorm aandacht is vrij
      • Ten minste: klimaat, meiden in de techniek, diversiteit onderwijspersoneel
    • Doorzetten bestaand programma; zekerheid én flexibiliteit
  • Mag je STO-subsidie gebruiken voor het stimuleren van de doorstroom naar techniek van havo- en vwo-leerlingen?

    Nee dat mag niet! Dat klinkt duidelijk maar is iets genuanceerder. Met behulp van STO-middelen mogen geen materialen, gereedschappen en machines worden aangeschaft die alleen worden gebruikt voor het havo en vwo. Ook mag er geen lesmateriaal exclusief voor deze groep ontwikkeld worden of docenten aangesteld worden die in havo/vwo werken. Wel mogen havo- en vwo-leerlingen gebruik maken van vmbo-faciliteiten of vmbo-keuzevakken volgen. Het eventueel aanpassen van opdrachten mag weer niet met STO-geld gedaan worden. Maar bijvoorbeeld de drone die voor het vmbo is aangeschaft, mag wel door havo- en vwo-leerlingen gebruikt worden.

  • Hoe kan een regio er voor zorgen dat lessen op de basisschool ook na het aflopen van de STO-plannen gegeven kunnen worden?

    In het regeerakkoord van 2017 is afgesproken dat er structureel 100 miljoen per jaar beschikbaar komt voor het stimuleren van techniekonderwijs in de regio. Minister Slob heeft dit bij de kick-off van Sterk Techniekonderwijs nog eens bevestigd: het gaat om structureel geld dat ook beschikbaar blijft na afloopt van de transitiefase, na 2024.
    Door steeds maar om bevestiging te vragen of deze belofte echt wordt nagekomen wordt er twijfel gezaaid en kan de politiek op het idee worden gebracht terug te komen op de toezegging.
    Het gaat om structureel geld! Dat ook na 2024 voor techniekonderwijs beschikbaar is! Lessen techniek op de basisschool kunnen dus ook in 2024, 2025 en de jaren daarna gegeven worden.
    In de plannen voor de periode 2025-2029 moet u wel opnieuw uw activiteiten voor het po opnemen en begroten, zodat ze ook daadwerkelijk voortgezet kunnen worden.

Veelgestelde vragen: regiovisie

  • Wat is de verwachte tijdlijn van de STO-plannen 2025-2029 volgens OCW?

    Maart 2024 Regeling naar de Kamer en openbaar
    1 juni 2024 Vooraanmelding (samenstelling regio)
    1 oktober 2024 Aanvraag op hoofdlijnen voor de gehele subsidieperiode
    Medio januari 2025 Beschikking binnen
    15 april 2025 Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2025 en 2026
    1 oktober 2026 Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2027 en 2028

     

  • Wat zijn de uitgangspunten van de conceptregeling STO 2025-2029?

    • Focus verbreden: van harde techniek naar techniekonderwijs binnen het gehele beroepsgerichte vmbo
      • Technische keuzevakken, technische praktijkgerichte programma’s (ook in de tl en de havo), techniek in onderbouw vmbo
    • Regionale samenwerking is de kracht van STO
      • Verplichte samenwerking bedrijven (cofinanciering) en MBO blijft
      • Uitbreiding naar verplichte samenwerking met het PO en meer samenwerking met de rest van funderend onderwijs
    • Verplichte aandacht voor maatschappelijke thema’s: vorm aandacht is vrij
      • Ten minste: klimaat, meiden in de techniek, diversiteit onderwijspersoneel
    • Doorzetten bestaand programma; zekerheid én flexibiliteit
  • De interne en externe loonkosten zijn gestegen. Mogen er nieuwe tarieven binnen STO worden gehanteerd?

    Bij de start van STO is regio’s geadviseerd een uurtarief van €50,- per uur te hanteren voor interne loonkosten. In de nieuwe onderwijs CAO (medio 2023) is de gemiddelde personeelslast (GPL) gestegen naar een uurtarief van maximaal €60,- per uur. Deze verhoging kan daarmee ook pas worden toegepast op uren die gemaakt zijn na de ingang van de nieuwe CAO. De richtlijn voor kosten voor externe inhuur in 2024 is een uurtarief van maximaal €135,- per uur. Het hanteren van een hoger uurtarief leidt niet tot een aanpassing van de subsidie. Het maximaal beschikbare bedrag voor de regio’s blijft gelijk.

  • Mag budget dat overblijft na 2023 nog ingezet worden in 2024?

    Ja, de transitiefase waarin we nu zitten, wordt verlengd tot eind 2024. In die fase mogen activiteiten en het bijbehorende budget tot en met 31 december 2024 uitgevoerd en uitgegeven worden. Regio’s krijgen voor het jaar 2024 nieuwe subsidie ter hoogte van een kwart van het totale STO-budget dat ze de afgelopen jaren hebben ontvangen.

  • Wanneer er geld overblijft aan het eind van de subsidieperiode, moet dit dan terugbetaald worden?

    Ja, in Artikel 1.10. van de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023 staat dat niet-bestede middelen worden teruggevorderd aan het einde van de huidige subsidieregeling. U kunt echter wel gebruik maken van de middelen in de verlengingsperiode. De middelen moeten voor 31 december 2024 besteed zijn. Budget dat eind 2023 over is mag besteed worden in 2024.

Veelgestelde vragen: samenwerkingsoverenkomst

  • Wat is de verwachte tijdlijn van de STO-plannen 2025-2029 volgens OCW?

    Maart 2024 Regeling naar de Kamer en openbaar
    1 juni 2024 Vooraanmelding (samenstelling regio)
    1 oktober 2024 Aanvraag op hoofdlijnen voor de gehele subsidieperiode
    Medio januari 2025 Beschikking binnen
    15 april 2025 Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2025 en 2026
    1 oktober 2026 Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2027 en 2028

     

  • Wat zijn de uitgangspunten van de conceptregeling STO 2025-2029?

    • Focus verbreden: van harde techniek naar techniekonderwijs binnen het gehele beroepsgerichte vmbo
      • Technische keuzevakken, technische praktijkgerichte programma’s (ook in de tl en de havo), techniek in onderbouw vmbo
    • Regionale samenwerking is de kracht van STO
      • Verplichte samenwerking bedrijven (cofinanciering) en MBO blijft
      • Uitbreiding naar verplichte samenwerking met het PO en meer samenwerking met de rest van funderend onderwijs
    • Verplichte aandacht voor maatschappelijke thema’s: vorm aandacht is vrij
      • Ten minste: klimaat, meiden in de techniek, diversiteit onderwijspersoneel
    • Doorzetten bestaand programma; zekerheid én flexibiliteit
  • De interne en externe loonkosten zijn gestegen. Mogen er nieuwe tarieven binnen STO worden gehanteerd?

    Bij de start van STO is regio’s geadviseerd een uurtarief van €50,- per uur te hanteren voor interne loonkosten. In de nieuwe onderwijs CAO (medio 2023) is de gemiddelde personeelslast (GPL) gestegen naar een uurtarief van maximaal €60,- per uur. Deze verhoging kan daarmee ook pas worden toegepast op uren die gemaakt zijn na de ingang van de nieuwe CAO. De richtlijn voor kosten voor externe inhuur in 2024 is een uurtarief van maximaal €135,- per uur. Het hanteren van een hoger uurtarief leidt niet tot een aanpassing van de subsidie. Het maximaal beschikbare bedrag voor de regio’s blijft gelijk.

  • Mag budget dat overblijft na 2023 nog ingezet worden in 2024?

    Ja, de transitiefase waarin we nu zitten, wordt verlengd tot eind 2024. In die fase mogen activiteiten en het bijbehorende budget tot en met 31 december 2024 uitgevoerd en uitgegeven worden. Regio’s krijgen voor het jaar 2024 nieuwe subsidie ter hoogte van een kwart van het totale STO-budget dat ze de afgelopen jaren hebben ontvangen.

  • Wanneer er geld overblijft aan het eind van de subsidieperiode, moet dit dan terugbetaald worden?

    Ja, in Artikel 1.10. van de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023 staat dat niet-bestede middelen worden teruggevorderd aan het einde van de huidige subsidieregeling. U kunt echter wel gebruik maken van de middelen in de verlengingsperiode. De middelen moeten voor 31 december 2024 besteed zijn. Budget dat eind 2023 over is mag besteed worden in 2024.

Veelgestelde vragen: wie krijgt aanvullende bekostiging?