U vindt op deze pagina veelgestelde vragen over Sterk Techniekonderwijs. Antwoorden op deze vragen worden afgestemd met het ministerie van OCW en DUS-I. De vragen worden regelmatig aangevuld.
Maart 2024 | Regeling naar de Kamer en openbaar |
1 juli 2024 | Vooraanmelding (samenstelling regio) |
1 oktober 2024 | Aanvraag op hoofdlijnen voor de gehele subsidieperiode |
Medio januari 2025 | Beschikking binnen |
15 april 2025 | Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2025 en 2026 |
1 oktober 2026 | Indienen uitgewerkte activiteitenplan en begroting voor 2027 en 2028 |
Bij de start van STO is regio’s geadviseerd een uurtarief van €50,- per uur te hanteren voor interne loonkosten. In de nieuwe onderwijs CAO (medio 2023) is de gemiddelde personeelslast (GPL) gestegen naar een uurtarief van maximaal €60,- per uur. Deze verhoging kan daarmee ook pas worden toegepast op uren die gemaakt zijn na de ingang van de nieuwe CAO. De richtlijn voor kosten voor externe inhuur in 2024 is een uurtarief van maximaal €135,- per uur. Het hanteren van een hoger uurtarief leidt niet tot een aanpassing van de subsidie. Het maximaal beschikbare bedrag voor de regio’s blijft gelijk.
Ja, de transitiefase waarin we nu zitten, wordt verlengd tot eind 2024. In die fase mogen activiteiten en het bijbehorende budget tot en met 31 december 2024 uitgevoerd en uitgegeven worden. Regio’s krijgen voor het jaar 2024 nieuwe subsidie ter hoogte van een kwart van het totale STO-budget dat ze de afgelopen jaren hebben ontvangen.
Ja, in Artikel 1.10. van de Subsidieregeling sterk techniekonderwijs 2020–2023 staat dat niet-bestede middelen worden teruggevorderd aan het einde van de huidige subsidieregeling. U kunt echter wel gebruik maken van de middelen in de verlengingsperiode. De middelen moeten voor 31 december 2024 besteed zijn. Budget dat eind 2023 over is mag besteed worden in 2024.