De hybride professional is de ervaren schakel tussen bedrijfsleven en onderwijs en brengt actuele vakkennis en innovatie in de school. Op die manier dragen bedrijven een steentje bij aan het opleiden van hun toekomstige werknemers en kunnen zij al in een vroeg stadium leerlingen de technieken bijbrengen die ze straks nodig hebben. Daarnaast kan het een uitkomst zijn om in deze tijd een werknemer in een bepaalde vorm uit te lenen aan het TCC.
Jelmer werkt bij Selo als lasser en samensteller van machines: “Bij Selo werk ik nu 7 maanden. Ik kwam in contact met een praktijkondersteuner van het TCC. Hem ken ik van een vorige werkgever. Hij vroeg of ik interesse had om hybride professional te worden. Ik was enthousiast en heb natuurlijk eerst met mijn werkgever overlegd. Die reageerde direct positief en gaf aan dit initiatief te steunen als sociale plicht. Ook Selo wil er alles aan doen om de jeugd te enthousiasmeren voor techniek.” In goed overleg tussen Selo, Jelmer en het TCC zijn afspraken gemaakt waardoor Jelmer nu een ochtend in de week zijn kennis overbrengt. Selo is zelf ook enthousiast over dit initiatief: “Voor Selo is het erg belangrijk om te investeren in toekomstige vakkrachten, daarom willen wij ook graag hieraan onze actieve medewerking verlenen. En uiteraard hopen wij dat de leerlingen voor hun toekomstige loopbaan voor Selo kiezen.”
Jelmer heeft geen pedagogische achtergrond: “Maar dat is geen belemmering. Ik heb een paar lessen meegedraaid met een ervaren docent. Uiteraard onder begeleiding van de docent PIE. Tot op heden hoor ik alleen maar positieve reacties.” En de omgang met de leerlingen zelf? “Thuis heb ik pubers en in mijn vorige werk was ik praktijkbegeleider. Omgaan met jongeren ligt mij. Je moet begrijpen wat er bij hen leeft. Wat het extra leuk maakt, is dat de jongeren erg verschillen. Sommige leerlingen komen van een boerderij en pakken het lassen heel natuurlijk op én je hebt leerlingen die nog geen idee hebben wat het is. Het is ontzettend belonend om te zien dat je bij elk soort leerling toch een resultaat realiseert.”
Wat raadt Jelmer andere technici uit het bedrijfsleven aan die ook hybride professional willen worden? “Ik ben destijds praktijkbegeleider geworden omdat ik niet wil dat jongeren in een technisch bedrijf aan hun lot worden overgelaten. Zo ben ik erin gerold. Het moet in je aard liggen. Je moet affiniteit hebben met de jeugd. Ben je 40’er en ga je terug naar je eigen vmbo- of LTS-tijd? Dan moet je je realiseren dat het er nu anders aan toegaat dan in je eigen schooltijd. Naast je vakkennis overbrengen, gaat het dus ook over je passie voor de omgang met de jeugd.”
Maurits Westerik is vakgroepvoorzitter en docent Produceren, Installeren en Energie bij het TCC: “Jelmer werkt bij Selo en is elke dag met lassen en allerlei grote machines aan de slag. Die veelzijdige en actuele ervaring brengt hij heel beeldend en praktisch over op onze leerlingen. Jelmer heeft eerst een paar weken meegedraaid en meegekeken. Daar heeft hij zijn voordeel mee gedaan in de lessituatie met de leerlingen. Van nature zit het lesgeven in hem.”
Maurits: “Daarnaast is Jelmers bedrijfservaring ook voor ons als docenten verrijkend. Hij kan ons als docenten bijpraten over de ontwikkelingen in zijn vak. Zo snijdt het mes aan twee kanten. Ook de houding van Selo hierin is heel positief. Zij zien het werk dat Jelmer bij ons doet als een maatschappelijke bijdrage en detacheren hem voor de kostprijs en niet voor een commercieel tarief.”
Tot slot voegt Maurits graag iets belangrijks toe: “In de toekomst zullen er wellicht meer hybride professionals lessen verzorgen aan leerlingen in het vmbo. Leerlingen begeleiden vraagt meer dan alleen vakkennis. Kennis van hoe je dit doet, pedagogisch en didactisch, is zeker zo belangrijk. Juist voor leerlingen in het vmbo is een goede sociaal-emotionele begeleiding erg belangrijk. Een goede samenwerking met de docenten is hierbij onmisbaar. Speciaal voor de startende hybride professionals biedt STO Twente in samenwerking met Windesheim en de O&O fondsen scholing aan. Dit geeft niet alleen handvatten voor het begeleiden van leerlingen in een onderwijssituatie, maar kan ook een opstap zijn voor mensen die zich verder willen ontwikkelen als toekomstig instructeur of docent.”