Petra: “Techniek Tastbaar is voor het eerst georganiseerd in 2015 en komt voort uit Jet-Net & TechNet. Dit is een groot landelijk netwerk waarbinnen bedrijven en scholen samenwerken om jongeren in het onderwijs zelf de wereld van techniek te laten ervaren. Echter, er werd heel veel gepraat en wij wilden van praten naar actie. Van die daadkracht is Techniek Tastbaar het concrete resultaat. Techniek Tastbaar slaat ook voor docenten de brug naar bedrijven om duurzame contacten te leggen voor veel meer contextrijker onderwijs.”
De kracht van Techniek Tastbaar is de eenvoud, benadrukt John: “Er zit geen hogere wiskunde achter. De dynamiek van de dag is de kracht, alles draait om de ontmoeting tussen de leerlingen en de bedrijven. Plus een dag lang netwerken tussen leerkrachten, docenten en bedrijven, ook onderling. Je ziet ze elkaar opzoeken en overleggen. Ondertussen hebben de leerlingen een fantastische dag.” Petra: “Ook merken we dat de bedrijven het écht fantastisch vinden om hun eigen techniek uit te leggen aan jonge leerlingen. Daar komt bij: de deelnemende bedrijven zitten vaak op fietsafstand van de school. Die regionale/lokale component is ook een belangrijke succesfactor van Techniek Tastbaar.”
John: “STO Twente werkt met precies dezelfde drie pijlers als waarop Techniek Tastbaar is gestoeld: instroombevordering, verbetering techniekonderwijs en ook heel belangrijk: de connectie met het bedrijfsleven.” De subregio’s van STO Twente zien hierin hun doelstellingen terug: “STO Twente heeft een sterke projectorganisatie met ervaren mensen. Door STO in het algemeen is er geld en mankracht beschikbaar en dat maakt dat er mooie interventies van de grond kunnen komen. De professionele projectorganisatie van STO Twente gaf van meet af aan een stevige impuls aan de 19 deelnemende vmbo-scholen.”
Techniek Tastbaar is een succesvol concept. John: “Tegelijkertijd moeten we alert zijn op wat er om ons heen gebeurt, bedoeld om naar de toekomst toe mee te bewegen en te verbeteren. Dus na elk event Techniek Tastbaar evalueren we met de betrokken scholen en bedrijven. Wat zijn de verbeterpunten? En hoe kunnen we die doorvoeren? Vooral de communicatie rondom Techniek Tastbaar is essentieel: voor, tijdens en na het event, zowel richting bedrijven als scholen.” Petra: “Techniek Tastbaar draait niet om kwantiteit, zoals records breken met het aantal bezoekers. We koersen liever op kwaliteit, dus wellicht minder bezoekers waarbij de leerlingen wel allemaal aan hun trekken komen met doe-activiteiten in de stands.”
Techniek Tastbaar wil leerlingen helpen om een goede keuze te maken voor hun toekomst. John: “Maar dat bereik je niet met een eenmalig evenement. Leerlingen vanaf groep 6 en de jaren daarna, ook in het vo, moeten gewoon meerdere keren geconfronteerd worden met techniek. Van Techniek Tastbaar tot en met bedrijfsbezoeken, stages, praktijkopdrachten en gastlessen. Als je dat een aantal jaren herhaalt, krijgen leerlingen een veel completer en reëler beeld van de mogelijkheden van techniek en technologie. Staan ze eenmaal voor hun keuze? Dan heeft die herhaling bereikt dat ze techniek in ieder geval meewegen in hun beslissing.” Petra: “De kracht zit ‘m in de herhaling. Ook hopen we hiermee dat er tussen scholen en bedrijfsleven een soort community gaat ontstaan. Ontstaat die relatie? Dan is de kans veel groter dat er mooie samenwerkingen opbloeien dan wanneer ze elkaar helemaal niet kennen. Een voorbeeld? Voorafgaand aan elke Techniek Tastbaar event nodigen we bedrijven uit om op de organiserende school te komen kijken. Ook nemen we de dag zelf grondig door. Daar hebben we graag de techniekdocenten bij, voor hen een uitgelezen kans; de techniekbedrijven uit hun sector staan letterlijk voor hun neus. Makkelijker kunnen we het hen niet maken. Het event is het eindresultaat, maar alle activiteiten ervoor en erna zijn allemaal bedoeld om het onderwijs beter te maken en de relatie bedrijfsleven – onderwijs te versterken.”
Petra en John zijn zich ervan bewust dat, naast de harde techniek, er ook allerlei technologie doordringt in andere sectoren. De opkomst van zorgtechnologie is daarvan een actueel voorbeeld. John: “Dit betekent dat we Techniek Tastbaar bewust baseren op de 7 werelden van techniek. Hiermee voorkomen we dat we ook Techniek Tastbaar voor de leerlingen te veel koppelen aan specifieke beroepen. We willen hen juist enthousiast maken voor alle techniek en technologie die erachter de 7 werelden van techniek zitten. Daarom leent dit concept zich daar zo goed voor. Met leerlingen praat je dan niet over beroepen, die overigens door nieuwe technologie steeds veranderen, maar juist over denk- en doe-werelden die hen aanspreken zoals de wereld van de zorg. Daarom hanteren we dit concept graag als fundament voor Techniek Tastbaar.”
Petra: “Wij realiseren ons dat Techniek Tastbaar niet het enige techniekevent is, er zijn er vele en ieder met hun eigen goede opzet en doelen. Onze insteek is dat we met al die collega-events een serie techniekmomenten organiseren voor zowel docenten en leerlingen alsook hun ouders. Waarbij er bij ieder event een stukje van de techniekwereld voor hen opengaat. Deze serie techniekmomenten zou steeds meer in het onderwijs ingebouwd kunnen worden. Daarmee acht ik de kans groter dat kinderen voor techniek kiezen dan wanneer dit niet gebeurt.”
Petra en John lichten tot slot graag nog iets toe: “De kosten om Techniek Tastbaar te organiseren zijn vele malen lager dan andere events. Terwijl de bezoekersaantallen hoog liggen. Tegelijkertijd vergt het heel veel inzet vanuit onze organisatie. We hebben geen enkel winstoogmerk en vragen van scholen en bedrijven alleen hun medewerking en tijd. We hebben tot nu toe 42 keer Techniek Tastbaar georganiseerd in Nederland en elke versie was voor wat betreft enthousiasme een succes. Zowel gezien vanuit de bezoekers als bedrijven en deelnemende scholen. Dat enthousiasme benut je maximaal door het als school nog een keer te organiseren zoals we eerder in dit interview opperden. Wat dan enorm helpt, is dat de blauwdruk en alle organisatorische en communicatieve afspraken er nog liggen van de eerste keer. Dus hoe vaker je het organiseert, hoe eenvoudiger het voor de school in kwestie wordt. In feite zou je het tot een vast onderdeel van de jaaragenda van je school kunnen maken.”