Techniekfestival Hoeksche Waard al vijf jaar een succes!

STO-regio Hoeksche Waard organiseerde op 16 oktober 2025 voor het vijfde jaar op rij het Techniekfestival voor alle leerlingen van groep 8 uit deze regio. Elise van Eeden, programmamanager STO en werkzaam bij Actief College in OudBeijerland, is de initiator én organisator van dit Techniekfestival.

In een grote bedrijfshal, die voor de gelegenheid helemaal is leeggemaakt, laten 24 bedrijven de leerlingen (inter)actief kennismaken met techniek. Overal zie je groepjes leerlingen die zich verwonderen over en bezig gaan met technieken die ze over het algemeen nog nooit hebben gezien: robotica, plaatwerk, lassen, rioolbuizen monteren,
zonnepanelen aansluiten, vliegtuigjes assembleren enzovoort enzovoort. Er komen deze dag 540 leerlingen vanuit de hele Hoeksche Waard naar Aldonk Plaatwerk in ‘s-Gravendeel. Dat betekent dat sommige leerlingen een afstand van zo’n 25 km moeten afleggen en dat is op dit eiland best een uitdaging. “We kunnen deze dag dankzij STO-gelden én de fijne samenwerking met regionale bedrijven organiseren, maar geld voor busvervoer is er natuurlijk niet. Kinderen die wat dichterbij op school zitten, komen
met de fiets. Op de andere scholen zijn heel veel ouders, opa’s en oma’s bereid om de kinderen te vervoeren”, zegt een enthousiaste Elise van Eeden.

Voor en door leerlingen

Sarella Notenboom is leerkracht van groep 8 van De Klinker uit Oud-Beijerland, één van de basisscholen die vanaf het begin deelnemen aan het Techniekfestival. Sarella: “Techniek is voor veel kinderen op de basisschool onbekend of ze hebben er een onvolledig beeld van. Door dit Techniekfestival krijgen ze een kijkje in de wereld van techniek. Meiden denken nog steeds vaak dat techniek ‘voor jongens’ is en ‘iets met cijfers’. Hier komen ze tot de ontdekking dat ze bijvoorbeeld bij schilderen hun
creativiteit kunnen gebruiken. En tot hun verrassing blijken ze sleutelen of lassen ook opeens leuk te vinden.” De meerwaarde van het Techniekfestival zit hem volgens Sarella in verschillende dingen. “Kinderen komen erachter dat ze misschien techniek wel leuk vinden. Je ziet sommige kinderen opbloeien en met die talenten die komen bovendrijven kan ik dan naderhand weer iets in de klas. Bedrijven doen echt hun best om kinderen bij een workshop een product te laten maken dat ze mee naar huis mogen nemen, zoals een pennenbakje, vogelhuisje of sleutelhanger. Dat kunnen ze dan thuis trots laten zien en daardoor worden ouders enthousiaster over techniek. Bovendien leer ik op zo’n dag zelf ook weer wat meer over techniek.” De kinderen worden bij verschillende workshops begeleid door vmbo’ers van het Actief College.

Derdejaars leerlingen Elin Meinster (Zorg en Welzijn) en Lotte van ’t Hoff (PIE) doen dit met veel plezier. Zij helpen de kinderen vandaag met het aansluiten van zonnepanelen bij de stand van WIJ Techniek. “Techniek is heel belangrijk voor later. Draadjes aansluiten en lampen ophangen kun je dan mooi zelf als je een eigen huis hebt”, weet Elin. Lotte vult aan: “Mijn vader is meubelmaker en die help ik wel eens. De proeflessen metaal en lassen die ik een keer heb gevolgd vond ik ook erg leuk.”
Dat ze indruk maken op de kinderen van de Basisschool weet Elin als geen ander: “Toen ik zelf vanuit de basisschool op het Techniekfestival was, vond ik het heel indrukwekkend om geholpen te worden door die ‘grote kinderen.’ Dát wil ik later ook doen, dacht ik meteen!”

Bedrijven onmisbaar

Het is best een hele organisatie voor het gastbedrijf. De productie ligt voor een aantal dagen – deels – stil, je investeert in medewerkers en materialen en je krijgt er niet meteen nieuwe medewerkers bij. Directeur Marijn Barth van Aldonk Plaatwerk is dit jaar ‘gastheer’: “Wij zijn superblij dat we dit mogen organiseren en vinden het een eer dat ons bedrijf hiervoor is uitgekozen. Daar leggen we graag een paar dagen de assemblage voor stil. We vinden het belangrijk om kinderen de mogelijkheid te bieden
om kennis te maken met techniek. Hopelijk planten we daarmee zaadjes voor de toekomst. Bij onze stand mogen de kinderen een vliegtuigje van rvs assembleren. Het leuke is dat meiden er over het algemeen beter in blijken te zijn dan jongens”, besluit Marijn met een veelbetekenende blik.

Marijn heeft bij de organisatie ondersteuning gehad van Luuk Kamp van P. & G. Hooghwerff, het bedrijf dat vanaf het begin betrokken is bij het Techniekfestival en de vorige twee edities heeft gefaciliteerd. Luuk: “Ik vond het erg leuk om samen met Elise, de firma Aldonk en Angela van Zaalen dit event mede te organiseren. Ik weet wat het is om je bedrijf zo ongeveer stil te leggen, leeg te trekken en in te richten hiervoor. Fijn dat ik hierbij heb kunnen helpen.”

Van riolering tot elektrisch circuit

Elke school is ingedeeld in groepjes en elk groepje volgt vier workshops van 20 minuten. Ze zijn geconcentreerd bezig, maar willen best even een paar vragen beantwoorden. Noa en Emma van OBS Het Driespan uit Puttershoek hebben deze ochtend al een pennenbakje gemaakt en zijn nu bezig met het proberen goed aan te sluiten van een elektrisch circuit. “Ik vind het Techniekfestival leuk want je kunt heel veel doen met je handen”, vertelt Emma. Dex en Shane, van IKC De Tandem uit Oud-Beijerland, zijn heel secuur bezig met het aansluiten van een riool. Hiervoor hebben ze al een band geplakt van een vrachtwagen die buiten staat opgesteld. Shane: “Ik heb al geleerd dat deze vrachtwagen twaalfduizend liter lucht in de tank heeft.” Elin en Loïs, van CBS De Bron uit Numansdorp, zijn druk bezig met een lopende band. En ja hoor… Loïs bevestigt het beeld van Marijn: “Met het in elkaar zetten van de onderdelen voor de lopende band waren wij eerder klaar dan de jongens.”

Betrokkenheid drie O’s

Samenwerking met het regionale bedrijfsleven is cruciaal voor het laten slagen van dit event. Elise krijgt hierbij ondersteuning van Angela van Zaalen die iets dergelijks in Barendrecht heeft opgezet. “Angela legt de contacten met de bedrijven, ik heb contacten met het primair onderwijs en ervaring met het organiseren van activiteiten waarbij onze vmboleerlingen helpen. Een ideale combinatie”, aldus Elise. “Ik ben erg blij dat alle deelnemende bedrijven uit de regio komen en op deze manier het belang van regionale binding onderstrepen.” Onderwijs en bedrijfsleven hebben elkaar nodig. Maar ook de gemeente laat zich niet onbetuigd. De wethouder Onderwijs van Gemeente Hoeksche Waard heeft het festival ‘s morgens geopend en zij heeft daarna nog zeker een uur met veel interesse de diverse workshops bezocht.

Elise organiseert het Techniekfestival vanuit haar rol als programmamanager STO Hoeksche Waard Marijn Barth en weet zeker dat zij dit zonder STO-gelden niet zou Luuk Kamp kunnen doen. Naast deze gelden is er een financiële bijdrage van de gemeente en dragen de bedrijven hun steentje bij in de vorm van materiaal, tijd en medewerkers. “De betrokkenheid van de drie O’s is heel belangrijk.” Dat het Actief College de afgelopen jaren flink is gegroeid, bewijst dat het zijn vruchten afwerpt. “Dat is zonder twijfel mede te danken aan STO”, meent Elise.

Medewerking Actief College

De medewerking van het Actief College mag zeker niet onvermeld blijven. Elise: “Verschillende van mijn collega’s helpen vandaag ook mee. Er zijn zelfs twee docenten ingesprongen toen een bedrijf op het laatste moment afzegde. Doordat techniekdocenten hier helpen moet het programma op school worden aangepast en gaan sommige technieklessen helemaal niet door. Ik krijg zowel van mijn directeur als mijn collega’s alle medewerking om het Techniekfestival tot een succes te maken. Last but not least: de inzet van mijn vmbo-leerlingen is goud waard. Ze vinden het superspannend aan het begin van de dag, maar je ziet ze stuk voor stuk groeien in hun rol. Of ze nu als verkeersregelaar, cateringmedewerker of workshopbegeleider worden ingezet, wij beschouwen hen deze dag echt als collega’s en zo voelen ze dat ook. Ze ervaren daarnaast hoe het is om een hele dag te werken. Competenties als samenwerken, tijd bewaken en op elkaar inspelen worden bij de leerlingen aangesproken. Docenten en leerlingen leren elkaar op zo’n dag op een heel andere manier kennen. Ik zou ze niet willen en niet kunnen missen!”