Drone ingezet bij ondertekening samenwerkingsovereenkomst Sterk Techniekonderwijs Regio Groningen Stad

Drone ingezet bij ondertekening samenwerkingsovereenkomst Sterk Techniekonderwijs Regio Groningen Stad

De drone was ready for take-off, de wethouders en schoolbestuurders stonden met de pen in de aanslag, de luchtverkeersleiding van Groningen Airport Eelde had akkoord gegeven en de wind was gelukkig gaan liggen. Op vrijdag 22 januari stond alles gereed voor de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst voor Sterk Techniekonderwijs (STO) Regio Groningen Stad.

Sterk Techniekonderwijs

Sinds 2020 is er voor vmbo-scholen geld beschikbaar gesteld om te werken aan sterk, innovatief en aantrekkelijk technisch onderwijs, dat leerlingen goed voorbereidt op een opleiding en werk in de regio. In Groningen Stad hebben bovengenoemde scholen de handen ineengeslagen. De vmbo-afdelingen van de scholen werken samen met mbo-instellingen en bedrijven in de regio aan de realisatie van diverse plannen. Akkelys Lukkes (bestuurder OOG): “Een belangrijk doel van de samenwerking is jongeren te enthousiasmeren voor een technische opleiding en uiteindelijk een technisch beroep.”

Zo zijn er onder meer activiteiten voor basisschoolleerlingen en wordt er gewerkt aan het verstevigen en uitbouwen van de doorstoom van het vmbo naar het mbo. Bijvoorbeeld door het aanbieden van een innovatief en technisch aantrekkelijk onderwijsprogramma, waardoor leerlingen na de onderbouw sneller kiezen voor een technisch profiel en een vervolg in een technische mbo-opleiding. Om uiteindelijk als technisch vakman of -vrouw de arbeidsmarkt te betreden.

De gemeente speelt een belangrijke rol in de samenwerking. Paul de Rook, wethouder van Economische Zaken: “Waterstof is een belangrijk speerpunt van de gemeente. Om aan te sluiten bij Sterk Techniekonderwijs wordt er in samenwerking met de gemeente voor de zomervakantie een waterstofbotenrace georganiseerd. Dit is een project voor mbo-leerlingen, waar ook leerlingen uit het voorgezet onderwijs bij zijn om de race met drones te filmen. Waterstof heeft de toekomst, dus dit soort projecten zijn erg leerzaam en belangrijk.”

Samenwerking tussen bedrijven en scholen

Bedrijven uit allerlei sectoren werken mee: de bouw, zorg, metaal, infrastructuur, architectuur, technologie, installatie etc. Ze dragen hun steentje bij in de vorm van cofinanciering, bieden praktijkstages aan en geven gastlessen. Daarnaast stellen scholen en bedrijven ruimte en materiaal voor elkaar beschikbaar.

Nol Benders (bestuurder CSG): “Naast materiaal wisselen de scholen en bedrijven ook kennis en kunde uit en kunnen scholen docenten bijscholen of nieuwe docenten aantrekken. Zo maken ze optimaal gebruik van elkaars sterke punten.”

Zo ziet STO er voor leerlingen uit

STO geeft scholen de mogelijkheid om nieuwe apparatuur aan te schaffen. Een aantal scholen is inmiddels trotse eigenaar van een drone. Het examenprogramma leert leerlingen alleen veilig te vliegen met een drone, zonder zelf te hebben gevlogen. De vmbo-scholen bieden met ingang van komend schooljaar een keuzevak aan waarmee leerlingen hun dronepilootdiploma op A2 niveau halen, daarmee mogen ze zélf vliegen. En dat is waardevol, want er is veel vraag naar dronepiloten. Zo worden drones onder meer ingezet in bij incidenten op het water, het in kaart brengen van landschappen en controle van bouwwerken.

François Coppens is eigenaar van UAV+, een bedrijf dat droneopleidingen en -trainingen aanbiedt. Hij staat aan de basis van het examenprogramma dronevliegen. Vandaag is hij verantwoordelijk voor het rondvliegen van de overeenkomst: “Waar we ook komen, kinderen zijn harstikke enthousiast als ze een drone zien”.

STO maakt ook mogelijk dat elke vmbo-techniekleerling het VCA-diploma behaalt. Dit is voor de leerling een pré bij het verkrijgen van een (stage)werkplek. Daarnaast kunnen leerlingen virtueel leren lassen met een lassimulator.

Bij beroepsoriëntatie komt STO ook van pas. Edwin van Hoorn (bestuurder GSG): “In het keuzeproces van leerlingen zetten we Virtual Reality in. Als leerlingen in klas 2 een profiel moeten kiezen, maken we gebruik van een VR-bril. Zo kunnen leerlingen diverse werkplekken virtueel bezoeken en kijken of het iets voor ze is. Ze kunnen bijvoorbeeld rondlopen op een boorplatform.”

Ook Carine Bloemhoff, wethouder van Onderwijs, is positief: “Door leerlingen in vroeg stadium te boeien voor techniek hopen we ze te kunnen prikkelen om te kiezen voor een techniekroute. Goed opgeleide vakmensen zijn onmisbaar. En het is natuurlijk een ontzettend veelzijdige branche, leerlingen kunnen alle kanten op. Techniek is de toekomst!”