Bij kick-off van regio Capelle/Oostland is geen gebrek aan motivatie en ideeën

Geen gebrek aan motivatie en ideeën

Bij de kick-off van STO in Capelle aan den IJssel werd er volop gediscussieerd over de plannen en de doelen. Van gemeente tot bedrijfsleven en vmbo tot hogeschool, iedereen is betrokken.

In de aula van een van de gebouwen van het Comeniuscollege in Capelle aan den IJssel worden handen geschud, oude bekenden opgemerkt en vinden nieuwe kennismakingen plaats. Op deze dinsdagmiddag vindt de kick-off plaats van het plan van de regio Capelle en Oostland om techniekonderwijs in de regio aantrekkelijker te maken.

De regio heeft te maken met een grote vraag naar arbeidskrachten in de techniek, maar er is weinig instroom vanuit de opleidingen. Daarom wordt er ingezet op het moderniseren van het onderwijs, en moet dit aansluiten bij de technologische ontwikkelingen. Ook van belang is het blijven bijscholen van docenten.

De vier hoofddoelen van de regio zijn: het vergroten van de instroom, de doorlopende leerlijn versterken, het professionaliseren van de docenten en het optuigen van een innovatief opleidingsmodel.

Na een openingspraatje wordt het nieuwe bijbehorende logo voor dit programma onthuld door vier personen, een vmbo-docent, een mbo-directeur Techniek, iemand uit het betrokken bedrijfsleven en een projectleider energietransitie van de gemeente. De start van het programma is nu een feit. De drie vmbo-scholen Comenius Beroeps Onderwijs, IJsselcollege, Melanchthon Berkroden en Praktijkonderwijs CVO Accent kunnen samen met de andere betrokkenen uit mbo, hbo, bedrijfsleven en gemeenten hun plannen gaan omzetten in acties.

Populaire graafmachines

Na deze officiële opening volgt er een verhaal van Gijs van der Helm, directeur van VanderHelm Bedrijven, een ‘bodembrede dienstverlener’ die zich in de regio actief bezighoudt met onder meer grondonderzoek, landmeten en het bouwrijp maken van grond. Van der Helm vertelt over hoe het bedrijf jongeren probeert te interesseren voor wat zij doen, bijvoorbeeld door open dagen voor kinderen te organiseren, waar vooral de graafmachines erg populair zijn.

Hierna wordt de groep gevraagd om met elkaar in gesprek te gaan over drie actielijnen van het programma. Ieder kiest bij welk onderwerp hij of zij wil aanschuiven. Een van de richtlijnen is het professionaliseren van docenten en bedrijven. In deze hoek staat een leuke mix van mensen, docenten uit het vmbo, een medewerker van de hogeschool in Rotterdam en ook mensen uit het bedrijfsleven. Het zorgt al snel voor een levendig gesprek over waar het aan ontbreekt in het onderwijs.

‘Het gaat erom dat de twee werelden, het onderwijs en bedrijfsleven, bij elkaar worden gebracht. En om dat te doen moeten docenten ook vaker naar bedrijven toe”, oppert iemand. Iedereen is het erover eens dat de techniek altijd zal voorlopen op het onderwijs en de ontwikkelingen op de werkvloer ook niet bij te houden zijn. Spullen zijn dan snel verouderd. Een mogelijk oplossing voor dit probleem is de hybride docent, vinden de meeste aanwezigen.

De hybride docent

Een daarvan staat ook aan de tafel, Erik Flink is installatietechnicus en deeltijd docent. Deze combinatie houdt hij al achttien jaar vol. “De leerlingen vinden het interessant dat ik het werk ook zelf doe, ze zien dat mijn handen soms vies zijn.” Flink erkent ook dat het onderwijs soms ver achterloopt op de praktijk. “Er wordt op school lesgegeven in solderen, maar dat doe ik zelf al jaren niet meer.” Een mogelijke oplossing die wordt geopperd is dat het onderwijs meer betrokken moet worden bij het bedrijfsleven.

Zo komt het onderwerp op de beschikbare uren die een docent heeft voor dingen als bijscholing. “Waarom sturen we een docent niet drie dagen per jaar naar een bedrijf om daar mee te kijken en dingen te leren?”, oppert iemand. Dat er ruimte moet komen voor bijscholing, dat ontkent niemand. Misschien moet dit zelfs verplicht worden, om te voorkomen dat een docent de link met de werkvloer verliest, denkt een van de aanwezigen.

Na dit gesprek volgt een praatje van Bart van Straten van de gemeente Capelle, over hoe de gemeente zich inzet voor duurzaamheid en de energietransitie. Hij laat de plannen zien voor het verduurzamen van de stad en wat daar allemaal bij komt kijken. Om al die werkzaamheden uit te voeren en die doelen te behalen, zijn technische werknemers nodig.

Relatie onderwijs en bedrijfsleven versterken

De aanwezigen gaan hierna weer uiteen om te praten over een actielijn. Bij de actielijn over het innoveren van het onderwijs wordt gesproken over nieuwe vormen. Over wat er nodig is om het onderwijs te laten ontwikkelen. Over hoe er in de regio bedrijven zijn die vmbo’ers en mbo’ers warm proberen te maken voor de techniek door ze vaak op bezoek te laten komen. Mogelijk is een van de oplossingen om de relatie tussen de twee te versterken, denkt de groep.

Een van de betrokken bedrijven is IHC, expert in baggeren en offshore industrie. Rick van Tol is bij IHC betrokken bij het Technisch Opleidingscentrum waar een driejarige BBL-opleiding wordt aangeboden. Van Tol hoopt dat het vakmanschap in de technieksector weer zal worden gewaardeerd. “Het moet de credits krijgen die het verdient. En daar moeten we mee beginnen op de basisschool.” Daar is zijn collega Joanne Salverda het mee eens. “Het werk verandert erg met de tijd. Er zal niet alleen op de TU in Delft geprint gaan worden met 3D printers, maar ook op het vmbo. Maar daarvoor is wel meer innovatie nodig in het onderwijs.”

Bij de derde actielijn wordt gesproken over het versterken van de doorlopende leerlijn tussen po, vo, mbo en mogelijk ook hbo. Waar is er tijd te winnen en hoe krijg je leerlingen geïnteresseerd in zo’n traject? Er wordt volop gesproken over ideeën, mogelijke initiatieven, plannen en voornemens. Aan motivatie lijkt dan ook geen gebrek te zijn vandaag.

Na al deze gesprekken volgt de afsluiting, waarin penvoerder Antonella Carletti een ronde doet langs de vier actielijnen en twee nieuwe leden van de stuurgroep voorstelt. Zo wordt er door Peter Regoord, kersvers stuurgroeplid namens het bedrijfsleven, opgemerkt dat er veel welwillendheid is, maar tegelijkertijd ook sprake is van veel vrijblijvendheid. Is het tijd voor een verplichte verdieping? Directeur mbo Hendrik Stevens sluit af met de slogan. “De techniek is de toekomst. We gaan toekomstmakers opleiden.” De kick-off is een feit, nu is het tijd om aan de slag te gaan.